Met onderstaande oefening kun je oefenen met woordenschat. Wat is de betekenis van het vetgedrukte woord?
Op zondag eet ik altijd een omelet.
De tafel is ovaal.
Wat is hij een oplichter!
Zou je hier objectief naar willen kijken?
Morgen ga ik naar de opticien.
Dat doe ik onbewust.
De boot vaart over de oceaan.
Wat een onzin!
Ik heb onmiddellijk hulp nodig.
Ze rijden langs een oase.
Nog meer oefeningen doen met woordenschat? Keer dan terug naar de pagina WOORDENSCHAT.
had er 9 goed alleen tweede niet